Kennis

Onderhoudsmethode van fotovoltaïsche energieopwekkingsapparatuur op het dak

May 09, 2022Laat een bericht achter

1. Het oppervlak van fotovoltaïsche modules moet schoon worden gehouden en er moet aandacht worden besteed aan het reinigen van fotovoltaïsche modules:


Gebruik een zachte en schone doek om fotovoltaïsche modules af te vegen, en het is ten strengste verboden om bijtende oplosmiddelen of harde voorwerpen te gebruiken om fotovoltaïsche modules af te vegen;


Het is niet aan te raden vloeistoffen te gebruiken die een groot temperatuurverschil hebben met de componenten om de componenten te reinigen;


Het is ten strengste verboden om fotovoltaïsche modules te reinigen bij slecht weer, zoals harde wind en zware regen;


De corrosiewerende coating op het oppervlak van de stent mag niet barsten en eraf vallen, anders moet deze op tijd worden geborsteld;


2. De expansiebouten die worden gebruikt om de fotovoltaïsche steun te bevestigen, mogen niet los zitten. Voor fotovoltaïsche steunen die op geprefabriceerde sokkels zijn geïnstalleerd, moeten de geprefabriceerde sokkels soepel en netjes worden geplaatst en mag de positie niet worden verplaatst.


3. Fotovoltaïsche modules moeten regelmatig worden gecontroleerd. Als de volgende problemen worden gevonden, neem dan onmiddellijk contact op om de fotovoltaïsche modules af te stellen of te vervangen:


(1) Het glas van fotovoltaïsche modules is gebroken;


(2) De aansluitdoos van de fotovoltaïsche module is vervormd, gedraaid, gebarsten of verbrand en de klemmen kunnen niet goed worden aangesloten;


(3) Controleer de blootliggende draden op veroudering van de isolatie en mechanische schade;


(4) Controleer of de componenten kunstmatig zijn geblokkeerd.


(5) De fotovoltaïsche module en de beugel moeten goed worden gecombineerd en het drukblok moet stevig worden gekrompen. Professioneel bedienings- en onderhoudspersoneel moet om de zes maanden controleren of het drukblok van de fotovoltaïsche krachtcentrale stevig is gekrompen;


Bij constatering van een ernstige storing dient de stroomvoorziening direct te worden onderbroken, tijdig te worden verholpen en indien nodig tijdig contact op te nemen met de fabrikant.


(6) De omvormer mag geen roest, stofophoping, enz. hebben, de warmteafvoeromgeving moet goed zijn en de omvormer mag tijdens bedrijf geen grote trillingen en abnormaal geluid hebben.


(7) De waarschuwingstekens op de omvormer moeten intact en niet beschadigd zijn.


(8) De functie van de inverterventilator om vanzelf te starten en te stoppen, moet normaal zijn en er mogen geen grote trillingen en abnormaal geluid zijn wanneer de ventilator draait.


Alle bouten en beugelverbindingen moeten stevig en betrouwbaar zijn.


(9) De ondersteuning moet goed geaard zijn en het aardingssysteem moet elk jaar worden gecontroleerd voordat het onweersseizoen aanbreekt. Controleer vooral of de verbinding stevig is en het contact goed is.


Controleer na zwaar natuurlijk weer zoals tyfoon en regenbui of de fotovoltaïsche installatie in zijn geheel vervormd, ontwricht of los zit.


(10) Als het onderste uiteinde van de beugel op het dak is bevestigd, controleer dan regelmatig of de waterdichting van het dak volledig en betrouwbaar is.




De kabel mag niet onder de overbelastingstoestand worden geleid, als de kabelmantel beschadigd is, moet deze op tijd worden behandeld.


De delen van de kabels die de apparatuur binnenkomen en verlaten, moeten goed worden afgedicht en er mogen geen gaten groter dan 10 mm in diameter zijn, anders moeten ze worden geblokkeerd met vuurvaste modder.


De kabel mag niet overbelast worden in de verbindingsleiding, de kabel moet betrouwbaar worden gebonden en mag niet in de lucht hangen.


De binnenwand van de kabelbeschermbuis moet glad zijn; de metalen kabelbuis mag niet ernstig gecorrodeerd zijn; er mogen geen bramen, harde voorwerpen en afval zijn. Als er bramen zijn, wikkel het dan met een kabelmantel en zet het vast na het vijlen.


Kabelwartels moeten stevig worden gekrompen om een ​​goed contact te garanderen.


In het geval van een verbindingsfout, moet de omvormer op tijd worden gestopt en moeten de verbindingen van andere componenten die op de omvormer zijn aangesloten worden losgekoppeld voordat de verbindingen opnieuw kunnen worden gekrompen.


Aardingssystemen moeten voorafgaand aan het onweersseizoen worden geïnspecteerd en onderhouden. Controleer vooral of de verbinding stevig is en het contact goed is.


Vóór het onweersseizoen moet de bliksembeveiligingsmodule worden getest. Als het displayvenster van de bliksembeveiligingsmodule rood blijkt te zijn, vervang deze dan op tijd.


Aanvraag sturen